You are here: Home > Botswana > Olifanten, olifanten en nog eens olifanten

Olifanten, olifanten en nog eens olifanten

De eerste drie weken van de 2015-2016 aflevering van onze “From here to …?” trip zitten er weer op en staan vooral in het teken van olifanten. Misschien claimt een ander land al die titel, maar ik zou hem aan Botswana willen geven: land van de olifanten. Uit het verdere verslag zal wel blijken waarom.

Maar laten we bij het begin beginnen en dat is zoals bijna vanouds in Windhoek, waar ons Mannetje de Namibische winter heeft doorgebracht. Bart, onze monteur ter plekke, had het nodige onderhoudswerk in april al gedaan, dus hoopten we dit keer binnen een paar dagen en route te zijn. De werkelijkheid bleek weer eens weerbarstiger. Net als twee jaar geleden, waren onze serviceaccu’s volledig ontladen, zodanig dat ze weer naar een gespecialiseerd bedrijf in de stad gebracht moesten worden. Dat betekende dus, dat mijn eerste dag begon met een hele vervelende klus, want die 4 accu’s zijn helemaal ingebouwd en ook nog eens loeizwaar. Dan moet ik met mijn omvangrijke lijf achter in de bak kruipen, om in een hele kleine ruimte de boel te demonteren. Om in de bak te komen gebruik ik een klein huishoudtrapje, maar sinds Bart extra veren onder de auto heeft aangebracht, kan ik net niet van de bovenste trede in de bak komen, dus gebruik ik al enige tijd ook de beugel van het trapje. Ja, ja, ik hoor het iedereen al zeggen: wat stom, een ongeluk zit in een klein hoekje, de meeste ongelukken gebeuren thuis, de kruik gaat zo lang te water ….. Juist, dat DSCN9755 ment was nu dus aangebroken. Terwijl ik uit de bak wilde klauteren en ik steun zocht op het trapje, klapte deze weg en smakte deze jongen vervolgens naar beneden, daarbij onzacht in aanraking komend met de rand van de auto en de stenen rand, waarmee het grasveldje was afgebakend. Vooral bij dat laatste obstakel heb ik veel mazzel gehad, doordat alleen de wekere delen van mijn billen beschadigd raakten. Er is weinig fantasie voor nodig om je een voorstelling te maken, hoe het ook had kunnen aflopen. Bijgaande foto laat zien hoe mijn arm er uitzag. We hebben ook nog zulke foto’s van mijn buik en billen, maar die zullen we jullie maar onthouden.

Met de accu’s zag het er aanvankelijk ook heel somber uit, zo somber (“voor altijd dood”) dat we meteen maar nieuwe in Nederland hebben besteld. Hebben ze daar geen accu’s dan? Natuurlijk wel, maar niet zulke gespecialiseerde. En omdat de buitenmaat exact hetzelfde moet zijn, anders zou ik eerst ons Mannetje moeten verbouwen, zit er niks anders op dan ze uit NL te laten komen.

Aan het eind van de week klaarde de situatie ineens en totaal onverwacht weer helemaal op. Op vrijdag kregen we een telefoontje, dat we de accu’s konden ophalen; ze gaven weer keurig ruim 12 volt af. Het was ook net op tijd om het verzendproces in Nederland te stoppen. Zo konden we uiteindelijk met slechts enkele dagen vertraging alsnog afscheid nemen van Wil Bouwers van de Trans Kalahari Inn, waar we eerder die week nog een gezellig dinertje mee hadden gehad. Dat had ze nog van ons tegoed voor al het werk, dat ze gedaan had om eindelijk onze 125 cc Honda formeel te laten vernietigen.

Kubu Island

Kubu Island

Ons eerste doel in Botswana was Kubu Island. Het is eigenlijk helemaal geen eiland, maar een rotsachtige verhoging aan de rand van een grote zoutvlakte: de Nwetwe pan. Dat maakt weer deel uit van een hele verzameling zoutvlaktes, de Makgadikgadi Pans, samen de grootste in de wereld. Dus ooit, toen hier nog een zee was, was het misschien wel een echt eiland. Ik had voor een route gekozen, waarbij ik gehoopt had, dwars door die zoutvlakte te rijden, maar dat viel tegen. Bijna net als overal in Botswana werden we ook hier weer omringd door lage struiken met van die verschrikkelijke doorns. Ons Mannetje heeft er weer de nodige krassen van opgelopen en omdat het pad soms ook nog behoorlijk smal was, kostte het ons ook weer een spiegel. Met een gemiddelde snelheid van nauwelijks meer dan 20 kilometer per uur hebben we de ongeveer 100 kilometer afgelegd. Nu kun je je achteraf afvragen of dat de moeite waard was. Wij hadden daar wat moeite mee. OK, de laatste kilometer was best wel bijzonder als je over de zoutvlakte rijdend, die verhoging in het landschap ziet met al die Baobab bomen in de ondergaande zon, maar zouden we het aanbevelen? Ik vrees van niet, want je moet ook nog een soortgelijke route terug, om weer op het asfalt te komen. Die was gelukkig wel interessanter omdat die dicht langs de zoutpan voerde, waardoor het landschap opener was en het pad minder rotsachtig.

Nee, dan was ons volgende doel veel geslaagder: Elephant Sands. Als je in dit jaargetijde in Botswana om je heen kijkt, dan raak je er van overtuigd, dat hier niets kan groeien, laat staan leven. Toch schijnen al die dode struiken, straks als in november de regen komt, in twee weken tijd helemaal groen te zijn. Verder kom je overal olifanten tegen, die hoe onwaarschijnlijk het ook lijkt, toch dagelijks aan hun kostje kunnen komen. Naast eten moet er ook gedronken worden en daarvoor moeten die beesten in deze droge tijd hele afstanden afleggen. Bij Elephant Sands worden ze een handje geholpen, doordat mensen hier een put hebben geslagen met als gevolg, dat het de hele dag een komen en gaan is van olifanten, die hier hun dorst lessen. En die is enorm: ze drinken tot wel 150-200 liter per keer. Er zijn geen vaste plaatsen op de camping en ook geen vaste routes voor de olifanten. Ze lopen dwars door het kamp, op slechts enkele meters langs de tentjes. Meestal hebben ze voor ons helemaal geen belangstelling, zeker niet wanneer ze nog op weg zijn naar het water en de laatste meters zelfs in looppas worden afgelegd. Als ze op de terugweg wel een beetje te dichtbij komen, doen we net als een olifant: dan staan we op, maken ons groot en gooien we wat zand op met onze voet. En dat werkt, zo hebben we geleerd. De olifant schudt dan eens met zijn kop en neemt vervolgens een andere route.

Bij de bar is een groot terras waar je van heel dichtbij de drukte bij het watergat kunt gadeslaan. Het is ongelooflijk om die grote beesten zo dichtbij te zien en te beseffen, dat wanneer ze kwaad zouden willen, wij allemaal geen schijn van kans hebben. Af en toe geeft er een olifant blijk ook wel eens een kijkje in de bar te willen nemen. Dan is er meteen iemand van het management die hem terugjaagt, daarbij geholpen door een herdershond, die soms wat al te enthousiast is en een uitval naar de poot van de olifant doet.

DSCN9871De tweede dag zitten we ook zo heel relaxed te kijken naar dit komen en gaan, komt er een hele grote aan, die meteen een afwijkende route neemt en rechtstreeks naar de zijingang van de bar loopt. Tot onze verbazing wordt hij door de manager ook nog eens aangemoedigd om het terras op te komen. Nieuwsgierig geworden gaan wij natuurlijk een kijkje nemen en zien hoe deze olifant helemaal privé met de tuinslang van water wordt voorzien. Wat blijkt? Twee maanden geleden kwam dit dier het kamp binnen gestrompeld en kon nog nauwelijks lopen. Hij bleek een enorme infectie te hebben aan zijn rechter voorpoot. De manager heeft toen een bak met water voor hem klaargezet en een veearts gewaarschuwd. Toen de olifant de volgende keer weer kwam opdagen, hebben ze hem gevolgd en met een verdovingspijltje buiten bewustzijn gebracht. De operatie leverde een emmer met pus op. Vervolgens kreeg hij iedere keer weer een speciale behandeling, waardoor een vertrouwensrelatie is ontstaan tussen de manager en het dier. De wond is bijna genezen en men hoopt, dat voordat de regen komt hij weer helemaal fit is, omdat hij zich daarna niet meer zal laten zien. Zo’n twee uur lang laat het beest zich laven. Prachtig om te zien. De slurf wordt met een krul omhoog gehouden als uitnodiging om de waterslang er in te stoppen. Een heleboel gegorgel en als de slurf vol is, gaat die naar de bek en wordt er weer een litertje of vijf naar binnen gespoten. De geluiden waarmee deze olifanten zich vol met water laten lopen doen ons sterk denken aan de geluiden, die we horen als wij onze watertank vullen.

IMG_9423Naar het toilet gaan of een douche nemen is ook een riskante business, zo blijkt. Het gebouwtje heeft een ruime opening tussen de bovenkant van de muur en het dak. Kan het lekker doorwaaien, zal

Wilde honden

Wilde honden

de overweging van de architect wel zijn geweest. Maar het houdt ook in, dat een olifant met gemak met zijn slurf naar binnen kan. En dat doen ze dus ook af en toe. Tenslotte staat er in de toiletpotten ook water, nietwaar. Als “ervaren” gasten zien we dan ook met enig leedvermaak, hoe een net aangekomen jongedame met hoge nood, toch wel erg lang weg blijft. Dat had alles te maken met een paar olifanten, die rondom het toiletgebouw scharrelden en af en toe een slurf naar binnen staken. Wij prezen ons gelukkig, dat we van die faciliteit geen gebruik hoefden te maken. Bovendien kan je dan nog heel wat anders gebeuren. Moet je nodig, wil je snel naar het toilet, ligt daar een hele troep wilde honden heerlijk in de schaduw van het gebouwtje, maar daarmee wel de hele ingang blokkerend. Nu blijken ze best schuw te zijn, maar weet alles maar eens van te voren.

De laatste avond had ook voor ons nog een verrassing in petto. Of eigenlijk meer voor Wil. Terwijl wij, gezeten bij de auto, naar links kijken waar in het donker een grote olifant geruisloos voorbij komt lopen, komt er plotseling een jongere olifant rechts om de hoek. Wat er toen gebeurde was echt grappig en ik zou nu nog niet durven te zeggen wie het meest schrok: Wil of de olifant. Eerstgenoemde in ieder geval, maar die maakte daarbij zoveel lawaai, dat de olifant minstens zo hard schrok en terugdeinsde. Vervolgens ging hij er op een drafje vandoor!

Olifant onder water

Olifant onder water

Vanuit Kasane hebben we middels een boottochtje het Chobe National Park bezocht. Hoewel we na zoveel bezoeken aan wildparken natuurlijk niet meer echt verrast kunnen worden, blijft het toch altijd een hele relaxte manier om wild te spotten. Uiteraard ook hier weer heel veel olifanten, daar staat dit park ook om bekend, maar hier laten ze een kunstje zien, wat je elders niet vaak zult meemaken: ze steken zwemmend de rivier over. Best een komisch gezicht. Eerst loopt hij het water in zover als hij kan en dan ineens gaat hij volledig kopje onder. Even later verschijnt dan zijn slurf boven water als een soort periscoop, hoewel snorkel natuurlijk een betere vergelijking is, want zo kan hij adem blijven halen. Voor het eerst deze trip zien we ook weer een hele grote kudde buffels met hun imposante koppen. Verder was het nogal opvallend dat her en der IMG_9578krokodillen aan de kant lagen, die totaal geen krimp gaven op onze nadering. Meestal schieten ze het water in als ze vinden, dat je te dichtbij komt, maar deze bleven roerloos liggen en leken wel dood. Dit soort tripjes aan het eind van de middag dragen vaak de naam van “sundowner” o.i.d. Zo ook eindigde ons tripje, met een mooie zonsondergang.

We hebben ook nog geprobeerd met onze eigen auto het park in te gaan, maar daar werd weer zo’n belachelijk bedrag voor gevraagd, dat we dat maar niet gedaan hebben. Bij de receptie stond ook een blanke vrouw, die net zo “shocked” was als wij over  de hoogte van het bedrag. Ze rende meteen naar het rek met folders en kwam terug met een flyer van het Senyati Safari Camp en zei, dat we daar naar toe moesten gaan. Het zag er zo goed uit, dat we later die dag besloten om ons verblijf in Botswana nog met een dag IMG_9622te verlengen en een bezoek aan dat kamp te brengen. Aanvankelijk draaide dat op een teleurstelling uit. Met de ervaring van Elephant Sands vers in het geheugen, hadden we hier eigenlijk de overtreffende trap verwacht, maar niets was minder waar. De hele dag hebben we geen beest gezien, behoudens wat opdringerige vliegen. Gelukkig maakte de avond heel veel goed, vooral ook omdat we naast olifanten opnieuw weer zo’n fantastische, bloedrode opkomst van de maan mochten meemaken. Je moet je voorstellen, dat het pikkedonker is en dat dan de horizon langzaam rood begint te kleuren alsof er een enorme brand woedt. Dan komt al snel de maan achter de horizon vandaan. Zodra hij wat hoger komt, neemt de rode kleur af en wordt het weer een “gewone” maan. Van zo’n natuurfenomeen wordt je helemaal stil.

De volgende dag zijn we de grens overgestoken (bijna de verkeerde!) en zijn we Zimbabwe binnengereden. Daar zijn we neergestreken in het Victoria Falls Hotel waar we ooit, bijna twee decennia geleden, ook al eens een paar nachten hebben doorgebracht. Het beroemde, in koloniale stijl opgebouwde hotel, ademt in alles nostalgie uit; voor ons komt er dan nog een vleugje persoonlijke nostalgie bij.IMG_9649

Onze plannen voor Zimbabwe zijn inmiddels wat bijgesteld. Het oorspronkelijke plan was om eerst in het noorden te blijven (Lake Kariba, Mana Pools), maar om verschillende redenen (moeilijk toegankelijk, heel erg warm in deze tijd van het jaar, visum voor maximaal 30 dagen) gaan we nu maar rechtstreeks naar het (zuid-) oosten en zoeken de koelte van de highlands op. Maar daarover de volgende keer meer.

 

 

 

9 Responses to “Olifanten, olifanten en nog eens olifanten”

  1. joost & marlien schreef:

    Gerard & Wil,
    Dat Wil schrikt van zo’n klein olifantje bewijst toch maar weer dat de reflexen niets hebben geleden van alle blessures. Dat geeft de burger toch moed. Op naar de volgende beproeving …………..
    Jst

  2. Gonny & Johan schreef:

    Hopelijk geen blijvend letsel overgehouden van de onfortuinlijke val van het te korte trapje!? Wensen jullie een meer fortuinlijke voortzetting van de (laatste?) tocht met het mannetje.

    Groet vanuit een zonnig Winterswijk.

    Gonny & Johan

  3. First Lady schreef:

    My President & Wil,

    Mamma mia, hoeveel levens hebben jullie eigenlijk niet?????? Ik ben de tel al lang kwijt. Dat het telkens weer goed af loopt: glory halleluyah
    Het doet me overigens deugd om te horen, dat er toch mensen zijn, die om olifanten geven en voor ze zorgen. Afgelopen week namelijk op het nieuws afschuwelijke beelden gezien van gestroopte olifanten gezien. De beelden raak ik maar niet kwijt. Hopelijk gaat het weer goed met de rikketik van Wil na haar confrontatie met een olifantje. Prima stresstest.
    Blijf genieten en we horen weer van jullie.

    Regards from sunny Diemen.
    FSTLDY

  4. Henk en Gyonne schreef:

    Lieve Gerard en Wil,

    Wij waren in de veronderstelling “hoe ouder, hoe wijzer”! Niet dus!!! In ieder geval heb je inderdaad enorm geluk gehad bij deze valpartij, het had veel beroerder kunnen aflopen. Hopelijk heb je niet al teveel last meer van de kneuzingen en blauwe plekken. Het ziet er wel indrukwekkend uit!

    Een prachtig verhaal weer over fantastische belevenissen en idem dito foto’s!!
    Wat een heerlijke wetenschap voor jullie, maar ook voor ons, dat dit avontuur nog enkele maanden gaat duren. Heb je je al beseft dat jullie trouwe volgelingen aan het einde van de rondreis wel in een zwart gat gaan vallen als we niet meer getrakteerd worden op al jullie belevenissen en de foto’s?

    Blijf met volle teugen genieten en schaf voor de zekerheid een grotere trap aan! ?

    Lieve groeten!
    Henk en Gyonne

  5. Rinus Sinke schreef:

    Beste Wil en Gerard,
    Prachtige verhalen over de olifanten en vooral de snorkel.
    Ingeschreven voor de Tulp? Ik zie je daar!
    Groet,
    Rinus

  6. Desiree schreef:

    Hallo globetrotters,
    Vanuit een zonnig Winterswijk een kort berichtje. Want niet iedereen is het gegeven om a zo’n indrukwekkende teis te maken maar ook b zo prachtig te verwoorden.
    Toen ik de foto vd arm zag dacht ik oh jee niet toch weer Wil.
    Maar jij kunt het dus ook!!!
    Ongelukkig terecht komen.
    Veel beterschap met AL die kneuzingen. Massages kunnen misschien helpen??
    Prachtig te horen dat een wilde olifant zich toch kan binden.
    Heerlijk verhaal weer.
    Geniet maar lekker samen.
    X

  7. Han Hagen schreef:

    Beste Gerard en Wil,

    Wat een prachtig hotel! Wat een lelijke honden. Wat een prachtige foto’s in het avondrood. We hebben een mederoeier van 80 die elke keer weer de trap opklimt om zijn huis te schilderen. Ik zeg dan steeds tegen hem “houd daar toch mee op, laat een ander dat doen”. Gerard is uit hetzelfde hout gesneden? Volgende keer de accu’s loskoppelen, lijkt me. Mooie reis verder.

    Vr. gr.

    Han

  8. Ronald Huijskes schreef:

    Weer genoten van jullie mooie reisverslag kan niet wacht op jullie verdere avonturen. Gr van mij en Marga.

  9. Tim Hovenier schreef:

    Hoi Wil en Gerard,
    bedankt weer voor jullie reisverslag
    ook bedankt voor jullie vrienden die weer hun reactie geven op dat reisverslag, temeer omdat ik ook sommigen van hen ken
    tja sorry ik lees jullie reisverslag soms wat later, maar dit is dan mijn zondagochtend ritueel met mijn tablet op bed met nu mijn 3e koppje koffie
    Gerard, wat zou jij met je oude accu’s hebben gedaan als ze toch “dood” waren gebleven?
    voel je um al? Tim Recycling? een personenauto accu levert al gauw 10 € op dus jouw 4 grote een kleine 100?
    ik zeg altijd het geld lig op straat, misschien een leuk reisverslag onderwerp, hoe dit soort landen met afval e.d omgaan, kijk maar
    suc6 met jullie vervolg, hier in Nl nu de echte natte herfststormen
    groeten Tim

Laat een reactie achter