You are here: Home > Zimbabwe > Schipper mag ik overvaren

Schipper mag ik overvaren

Het vraagteken ontbreekt in de titel, maar hoort er wel degelijk te staan, want zelfs op het moment van schrijven, zijn we nog niet 100% zeker of we met de ferry, die soms over Lake Kariba vaart, mee mogen dan wel kunnen.

Luie stoel, drankje, camera’s

In het Mana Pools NP, waar we zonder problemen werden toegelaten en voor ons Mannetje slechts 20 dollar extra hoefden te betalen, hoorden we voor het eerst van de

mogelijkheid, om de auto op een boot te zetten en daarmee naar Mlibizi op de meest westelijke punt van het meer te varen. Dat sprak ons wel aan. Om in Mana Pools op de camping aan de rivier te komen, moet je 80 kilometer lang over een verschrikkelijk wasbord rijden. Je kunt niet anders dan bijna stapvoets te rijden, maar dan nog rammel je de tent uit. Je houdt je hart vast en vraagt je voortdurend af wat er nu weer kapot zal gaan. Tijdens ons verblijf in het NP zijn we ons gaan bezinnen, wat we nu eigenlijk in de toekomst nog wel of niet willen. Toen kwamen twee zaken bij elkaar. Dit soort wegen willen we echt niet meer! Helemaal vermijden kun je het natuurlijk nooit, maar dan alleen korte toegangswegen. In Zambia, waar we na ons bezoek aan Mana Pools naar toe wilden, zouden we weer veel onverhard moeten rijden. Dus ging er een streep door Zambia. Wat ook meespeelde: met de ervaring van de grensovergang in Beitbridge nog vers in het geheugen, besloten we niet meer in Zimbabwe terug te komen, als we het eenmaal hadden verlaten! Misschien ooit nog wel met een gehuurde auto, maar niet met ons Mannetje. De consequentie van die besluiten is, dat we over het asfalt via Harare en Bulawayo naar het Hwange NP moeten rijden, een afstand van ruim 1.000 kilometer. Tenzij er een boot over het meer vaart, dan zou het ineens een mooi

Af en toe een olifant

uitstapje kunnen worden. We herinneren ons nog die mooie boottocht over dat stuwmeer in Albanië; een minicruise door een prachtige omgeving. Wellicht kan Lake Kariba ons ook zoiets bieden. Aangekomen in Kariba, na weer die verschrikkelijke 80 kilometer te hebben afgelegd, bleek er inderdaad een ferry te zijn. Hoera! Maar al snel bleek, dat die wel een heel onregelmatig schema hanteerde. Sterker nog, van een Amerikaan hoorden we, dat de laatste afvaart in augustus was geweest! Andere Nederlanders gaven ons weer hoop, want die waren met een tanker gekomen. Maar toen de schipper van die tanker ons door bemiddeling van Louisa en Wayne, samen de eigenaren van het Whartogs Bush Camp, opzocht, wisten we inmiddels al, dat het niks zou worden. Die Nederlanders hadden het over een tocht van twee uur, terwijl er bijna een etmaal staat voor het hele traject. Inmiddels kreeg ik ook per email bericht, dat de ferry voorlopig niet zou varen en dus ging onze hoop op een comfortabele bootreis in rook op. Dan gebeurt er van alles en nog wat, waar ik hierna nog op terugkom, en ontmoeten we een aantal dagen later de kapitein van de ferry. Het is inmiddels 5 november en hij meldt, dat er op 14 november een afvaart is. Wij zijn van harte welkom om mee te varen. En dat gaat gebeuren, tenzij ……

Prachige plek aan de Zambesi

Het Mana Pools NP is werkelijk geweldig en behoort tot het mooiste, dat we tot nu toe gezien hebben. De charme is vooral, dat in dit deel van Zimbabwe geen omheiningen bestaan. Het wild loopt dus gewoon over de camping. We hadden een heel mooi plekje aan de snel stromende rivier de Zambesi. Het was heel warm, tegen de 40 gr, en de behoefte om rondjes te gaan rijden, was bij ons minimaal, dus hebben we vele uren doorgebracht, luierend en lezend, en ondertussen kijken naar wat voorbij loopt of vliegt, de camera’s onder handbereik. Dat is al best indrukwekkend. Met enige regelmaat komt er wel een olifant voorbij, soms een hele kudde buffels. We zien zelfs elanden. Af en toe komt er ook een nijlpaard buurten. Vanzelfsprekend zie je diverse soorten antilopen, maar hun grootste vijanden, de leeuwen, hielden zich koest. Ook heel vermakelijk om te zien is, hoe een trio olifanten door de rivier waadt om zich op een eilandje tegoed te doen aan het frisse groen. Alleen hun slurf steekt boven water uit, een natuurlijke snorkel! Volgens Raimundo en Miranda Nieboer, onze Nederlandse buren, viel het dit jaar allemaal wat tegen. Normaliter zou er nog veel meer beweging moeten zijn. Zij

Wat gaat ie doen?

blijken zeer ervaren Afrika-gangers te zijn, die al jaren minimaal 2x per jaar hier met hun eigen auto de vakanties doorbrengen. Wij komen in gesprek omdat ik hen een foto wil toesturen, waarbij Miranda aan de ene kant van hun auto staat en een grote olifant aan de andere kant, terwijl Raimundo, zich van geen kwaad bewust, in de daktent ligt te slapen! In het Mana Pools heb je ook nog speciale bush camps. Dat zijn plekken zonder enige voorziening, waar je dus werkelijk midden tussen het wild verblijft. Deze plekken zijn zo geliefd, dat je ze al een jaar van tevoren moet reserveren. Eén van die kampen heet Chitake 2 en dat is de volgende bestemming van R & M.

Een paar dagen later, wij zitten op het terras van het Whartogs Bush Camp, staan ze ineens voor ons en brachten hele enthousiaste verhalen mee over hun bezoek aan Chitake 2. Zo hoorden we

voor het eerst, dat leeuwen ook in bomen kunnen liggen en dat je dus ’s morgens, als je opstaat, eerst goed om je heen moet kijken. Olifanten beschouwden wij als onaantastbaar, maar dat blijkt een behoorlijke misvatting te zijn. De leeuwen deinzen er niet voor terug om een olifant als diner te pakken. Het plan van R & M was om de laatste dagen van hun vakantie in de Eastern Highlands door te brengen, maar omdat het daar regent, hebben ze besloten, nog een paar dagen terug te gaan naar Mana Pools en het Chitake 2 kamp. Via hun agent hebben ze dit kunnen regelen en ze nodigden ons uit om hen gezelschap te houden. Ze brengen ons aan het twijfelen: weer die slechte weg? Het is weliswaar minder ver dan naar de rivier, maar nog steeds zo’n 40 km. Daar slapen we eerst nog maar eens een nachtje over. Alsof we elkaar al jaren kennen, werd het heel gezellig en na menige al of niet alcoholische versnapering, besloten we ook samen in de bar te gaan eten.

Ondertussen vroegen we aan iedereen, hoe de onverharde weg van Kariba naar Mlibizi is en gaandeweg begonnen we voorzichtig te denken om hem toch maar te rijden. Tijdwinst zou het ons niet opleveren, maar beter drie dagen door een mooi landschap, dan drie dagen op het meestal saaie asfalt. En zo besloten we gebruik te maken van de uitnodiging voor Chitake 2 en daarna toch de onverharde weg te nemen.

Niet echt geschikt voor een Mannetje

Eigenlijk bleek de weg naar Chitake 2 niet geschikt voor ons Mannetje. Vaak was die zo smal, dat we onvermijdelijk takken meenamen. Ook moesten we door een paar droge rivierbeddingen, waarvan de laatste en grootste ons bijna de das omdeed. De oever bleek voor ons te steil en leidde tot een angstig moment. In de eerste versnelling en lage gearing hield de auto het vlak voor de top voor gezien en begon te bokken. Dat was nog niet zo erg, maar hij begon zijwaarts terug te schuiven en dan ben je overgeleverd aan de resultante van de zwaartekracht en de wrijving. Even hou je er rekening mee, dat we gaan omvallen, maar gelukkig wint de wrijving het en komen we tot stilstand. Om hem weer recht te krijgen om achteruit het spoor terug te kunnen volgen, had nog wat voeten in de aarde en kostte ons een spiegel, maar het lukte. Terwijl we onze spreekwoordelijke wonden stonden te likken, kwam een passerende gids ons te hulp. Hij wees ons op een alternatieve route, die wat gelijkmatiger uit de rivierbedding leidde. En zo kwamen we toch nog in Chitake 2 aan. Raimundo en Miranda waren eerder die ochtend aangekomen en hadden gezegd, dat HET uitzichtpunt

Eland

zo’n 200 meter verder was, onder een grote vijgenboom. Die konden we al zien, dus wij er meteen op af. Ineens maakt een man zich los uit het groepje mensen, dat daar onder die boom stond en komt op ons af. Heel even dacht ik dat het Raimundo was, die ons kwam begroeten, maar alras bleek, deze man hele andere bedoelingen te hebben. Hij was woest. Hoe we het in ons hoofd haalden om daar te rijden!? Hoezo, het was een heel duidelijk pad, net als alle andere. Hel en verdoemenis, hij zou ons aangeven en nog veel meer vriendelijkheden. Hij stond erop, dat we hetzelfde spoor terug zouden rijden en het zelfs uit zouden wissen, zodat anderen niet op het idee zouden komen om dat pad te volgen. Ja, gekke Henkie, terugrijden OK maar sporen wissen met een takje? Hij deed het nog voor ook, de gek! Dan kun je zo’n man ook niet meer serieus nemen. Wat bleek naderhand? Die groep was daar al om 6.00 uur ’s morgens, zo ook een groep leeuwen. Net voordat wij aankwamen, kwam ook een groep bokjes nietsvermoedend aangelopen, dus iedereen op scherp: dit wordt een kill! Komt daar ineens, precies waar die leeuwen lagen een bloody Dutchman aanrijden in een grote vrachtauto. Weg kill! Woest waren ze ! Wij troosten ons met het idee, dat we het leven van een bokje gespaard hebben!

Uitzichtspunt

Niettegenstaande al dit onaangenaams, beschouwen we ons bezoek aan Chitake 2 nu al als een hoogtepunt van deze reis. Wat een geweldige ervaring is dat geworden. Weliswaar hebben we geen leeuwen gezien die een olifant hebben gedood, maar wel zagen we een enorme kudde buffels afdalen van een helling naar het water. Eerst staan ze een hele tijd te aarzelen om dan langzaam aan de afdaling te beginnen. Dan ineens is er geen houden meer aan en stormen ze naar beneden, waarbij ze voor een enorme stofwolk zorgen, waardoor ze bijna aan het oog worden onttrokken. Terwijl een deel van de kudde niet eens de kans heeft gekregen om wat te drinken, gaat er ineens een schrikreactie door de groep en stormen ze de helling op. Wat een geweld! En wij, hoog op de andere oever gezeten, zitten te genieten in onze luie stoel. Dit mochten we zelfs drie keer meemaken.

’s Avonds zitten we met z’n vieren gezellig bij elkaar voor het avondmaal. R & M hadden ons al voorbereid op het brullen van leeuwen gedurende de nacht, dus toen in de

De brul moest nog komen

verte een leeuw van zich deed horen, kwam dat niet als een verrassing. Wat wel een verrassing was, was dat het antwoord tot onze grote schrik vlak achter ons uit de bosjes kwam. Toen stonden we toch alle vier stijf van schrik naast onze stoel, klaar om naar binnen te vluchten. Met een sterke zaklantaarn wist Raimundo hem te lokaliseren; de schittering van zijn ogen verraadde hem. Bleek het toch nog zo’n 100 meter ver te zijn, verder dan het klonk maar daarom nog niet minder spannend. Dit ging zo de hele avond en nacht door. Bij iedere brulpartij luisterden we goed om vast te stellen of de leeuw nog niet van plaats veranderd was. De tweede avond herhaalde zich dit scenario. Vroeger dan normaal (en dat is al vroeg) zijn we naar bed gegaan en zowel Wil als ik hebben zo goed geslapen, dat we daardoor heel veel gemist hebben. Een belangrijk deel van de nacht hebben zo’n vier leeuwen lopen te ravotten in ons kamp. Ze zijn met een vijfliter waterfles aan de haal gegaan en daar was de volgende morgen niet veel meer van over. Toen wij om 6.00 uur naar buiten kwamen, werden we meteen gewaarschuwd door R & M, die nauwelijks een oog hadden dichtgedaan: ze hadden alles gehoord en gezien. Nog geen 20 meter verder lag een leeuwin in een boompje! Miranda moest eigenlijk midden in de nacht al een plasje doen, maar ze durfde heel begrijpelijk niet uit hun daktent af te dalen. Ze heeft dankbaar van ons toilet gebruikgemaakt!

Goed kijken dan zie je de leeuwin

Voorzichtig hebben we onze spullen gepakt om weer naar het mooie uitzichtpunt te gaan. Vanuit de auto hadden we een nog mooier zicht op de leeuwin in de boom. Ik was uitgestapt om ongehinderd foto’s te kunnen maken, toen ik achterom kijkend nog een leeuwin ontwaarde. Kennelijk waren ze zich aan het voorbereiden op een jachtpartij en hadden ze totaal geen aandacht voor mij. Gelukkig maar. Om 8.00 uur namen wij afscheid van onze nieuwe vrienden, die dezelfde nacht nog vanuit Harare terug naar Nederland zouden vliegen. Wij hadden alle tijd, want wij zouden teruggaan naar Kariba om vandaar een paar dagen later naar Mlibizi te rijden. Hoe anders zou het lopen!

Onderweg kwam er af en toe luchtje in onze neus, dat we niet goed konden plaatsen. Ook kon ik niet direct te oorzaak vinden. Daarom de volgende dag een paar mannen van de camping gevraagd mij te helpen om de cabine te kantelen. Wat ik toen zag, maakte mij niet blij. De nieuwe schokbrekers hadden enorm veel olie verloren, zoveel, dat er zelfs wat tegen de uitlaat was gekomen. Dat had dus dat luchtje veroorzaakt. Maar ook zag ik een gebroken veerblad. En alsof dat nog niet genoeg was: een van de gloednieuwe, dure koplampen was verdwenen. Dat doet dus zo’n wasbordweg met je auto. In zo’n situatie blijkt hoe behulpzaam mensen zijn. Wayne liet er geen gras over groeien en pakte gelijk de telefoon. Links en rechts werden vragen gesteld respectievelijk opdracht gegeven en werd een plan in werking gezet, dat er voor moet zorgen, dat we eind van de week weer kunnen rijden. Het plan loopt nu een paar dagen en ik moet zeggen, dat ik veel vertrouwen heb in de goede afloop. Diezelfde zaterdagmiddag komt Cliff, de monteur al en begin met het demonteren van het veerpakket. Cliff blijkt ook de kapitein van de veerboot te zijn! Wat een toeval! Terwijl hij aan het werk is, zien wij, gezeten in de schaduw van onze auto, een kudde olifanten naderen, die recht op de camping afloopt. Wil had een filmpje gezien waar de olifanten uit het kleine zwembadje drinken. Toen Waune zei, dat dat nu ook wel eens zou kunnen gebeuren, haastten wij ons naar de bar om het schouwspel vanaf de eerste rij te kunnen waarnemen. En jawel hoor, we werden op onze wenken bediend. Terwijl iedereen van het tafereel stond te genieten, wordt de groep, die nog op de camping loopt, heel onrustig. Luid trompetterend lijkt het wel of ze ruzie hebben. Het trekt de aandacht van alle aanwezigen. Tussen de boomstammen en struiken door is het moeilijk te zien, wat er aan de hand is, maar dan blijkt, dat er zojuist een bevalling heeft plaatsgevonden. Ongelooflijk, je kunt het jong, nog gehuld in een blauwachtig vlies, zien liggen spartelen in een poging om zich te bevrijden en overeind te komen. Ze wordt met zachte drang door de ouderen  aangemoedigd om het nogmaals te proberen. Na enige tijd lukt het om weliswaar nog wat onvast te blijven staan. Dan zie je ook aarzelend het slurfje omhoog gaan op zoek naar een tepel. Dit schouwspel duurt uren en het wordt inmiddels donker. Een aanwezige gids stelt vast dat we getuige zijn van een “once in een lifetime” gebeurtenis. In de 20 jaar dat hij toeristen door de bush begeleidt heeft hij dit nog nooit meegemaakt. En weet je wat nou ook zo mooi was? Onze monteur zat werkelijk op de eerste rang en heeft zelfs de eerste minuten kunnen filmen!

Of we mee mogen is inmiddels geen vraag meer maar of de auto dan ook klaar is, blijft nog een vraag. Ik heb er alle vertrouwen in. Zo is het veerpakket is inmiddels voorzien van nieuwe bladen weer terug. Nieuwe schokdempers zijn onderweg, nu nog twee oude passende koplampen. Blijft nog één belangrijke vraag over: kan de schipper een plek vinden waar ons Mannetje de boot op kan rijden? Het waterpeil van Lake Kariba is in de afgelopen jaren bijna zeven meter gezakt, waardoor alle kades op het droge liggen. Voor de goede orde: niet omdat er te weinig water is, nee, puur om winstbejag gebruikt men meer water uit het meer, dan erin komt! Elektriciteit die wordt opgewekt en geëxporteerd levert immers dollars op!

We duimen, duimen jullie mee?

 

N.B. Veel foto’s onder het kopje Foto’s!

6 Responses to “Schipper mag ik overvaren”

  1. Joost schreef:

    Een van je mooiste verslagen Gerard. We duimen!

  2. Ronald Huijskes schreef:

    Wat een prachtig verslag en wat maken jullie mooie dingen mee, nu maar hopen dat het Mannetje jullie weer verder zal brengen. Heel veel succes en hopelijk nog vele mooie belevenissen zodat wij weer kunnen genieten van jullie mooie verslagen.
    Gr. Ronald

  3. Rob schreef:

    Prachtig verhaal en bijzondere foto’s annex filmpje.
    Geen wonder dat jullie “verliefd” zijn op dit deel van Afrika

  4. Han Hagen schreef:

    Dag Gerard,

    Wat een verhaal weer. Natuurlijk duimen we voor jullie. Wij zijn aangeland in de laatste dagen in Spanje. Maandag gaan we in drie dagen terug naar NL. Onze ervaringen zijn veel minder enerverend dat van jullie. We staan laat op, lang ontbijt en Henriette werkt wat in de tuin, een lunch en een tochtje door het Spaanse land en aan het eind van de middag strijken we neer op een terras. Nu we steeds langer in Spanje zijn, leer je ook meer mensen kennen. Gezellig allemaal.

    Mooie reis verder. Ik zie uit naar je volgende verslag.

    Vr. gr.

    Han

  5. Henk en Gyonne schreef:

    Lieve Gerard en Wil,
    Behoudens de waardeloze perikelen met het Mannetje door de vreselijke wegen beleven jullie enorm mooie avonturen in een overweldigende natuur!
    Dat zelfs een gids die al 20 jaar zijn beroep uitoefent nog nooit “ live” de geboorte van een olifantenjong heeft meegemaakt bewijst wel dat dit een ultieme belevenis is geweest.
    Heel fijn dat wij door de mooie foto’s en filmpjes ook volop mee kunnen genieten ! Dank daarvoor! Complimenten ook voor Wil : prachtige foto’s heb je gemaakt van al die kleurrijke vogels.
    We gaan duimen dat de oversteek met de ferry gaat lukken. Zo niet: heel erg vervelend voor jullie, maar dan verzinnen jullie vast een andere oplossing! Jullie zijn niet zo gauw voor een gaatje te vangen!
    Mooie voortzetting van de reis en we kijken uit naar vervolgverhalen!
    Lieve groeten uit Winterswijk op een prachtige herfstdag, 🌞🍂🍁🐿
    Henk en Gyonne😘😘

  6. Tim Hovenier schreef:

    Wou, wat een spannend verslag en filmpje , ben echt stomverbaasd dat jullie dit allemaal aandurven,
    En Tim maar een schreeuw geven als die een kikker in zijn tuin ziet
    Groene groet

Laat een reactie achter