Het is en blijft een raar psychologisch fenomeen, maar voor ons wordt het gevoel steeds sterker, dat het erop zit. De drang om door te rijden, terwijl je eigenlijk nog tijd genoeg hebt, neemt langzaam maar zeker toe en helaas leidde dat tot een verkeerde beslissing. Zo besloten we een week geleden om een aantal steden, die nog op de planning stonden, over te slaan en af te zakken naar het lager gelegen deel van Mexico richting de kust. Spijtig genoeg kregen we voor de eerste keer in lange tijd toen ook te maken met slecht weer: van 30 gr op de ene dag naar 12 gr de andere. We wisten niet, dat zoiets in Mexico ook kon. Toen het ook nog begon te regenen, zijn we maar meteen doorgereden naar de kust. Hier staan we nu, nog 150 kilometer van Veracruz, waar ons Mannetje medio maart scheep gaat, te wachten op beter weer. Zou de Golf van Mexico huilen omdat Trump probeert haar naam te veranderen?
Wij verlieten jullie toen we net in Patzcuaro waren aangekomen. De eerste dagen zijn we op de camping gebleven en heerlijk genoten van het mooie weer en de dito omgeving. Die plek deed mij sterk denken aan Nashua, New Hampshire, waar we bijna twee jaar hebben gewoond en dan vooral de alom aanwezige geur van de pijnbomen. Achteraf gezien hadden we hier veel langer moeten blijven. Op de camping hadden we alle noodzakelijke voorzieningen zoals water en plekken, waar je de afvaltanks kon legen. Een wasserij om de hoek en voor slechts 10 pesos bracht een zogenaamde collectivo je naar het centrum van dit leuke stadje. Een collectivo is een minibusje, dat een bepaalde route rijdt en dus een vorm van openbaar vervoer. Door handopsteken geef je aan mee te willen.
In tegenstelling tot de meeste centra zien de gebouwen in Patzcuaro er echt oud uit en dat heeft ook zo zijn charme. Allereerst bezochten we weer de kerk. Volgens de Lonely Planet zou deze kerk ook een soort bedevaartsoord zijn, waar pelgrims van heinde en ver naar toe komen en waarbij de laatste honderden meters kruipend op de knieën worden afgelegd. De eerste keer was het zondag en of dat de reden was, weten we niet, maar we hebben niemand kruipend gezien. Wel een kerk waar de pastoor tevreden mocht zijn met de opkomst, want de kerk was behoorlijk goed gevuld
met gelovigen. De volgende dag zijn we weer gaan kijken en warempel, toen zagen we inderdaad iemand, die zich kruipend door het gangpad naar het altaar begaf. Maar bij die ene bleef het ook. Dat hebben we in Guatemala wel eens anders gezien. En in Tibet helemaal, maar dat waren boeddhisten. Die werpen zich languit op de aarde, staan weer op, doen een paar passen en gaan dan opnieuw liggen. Zo worden enorme afstanden afgelegd. Ze hebben vaak ook een lederen voorschoot, omdat anders de kleren in no-time versleten zouden zijn.
Al wandelend kwamen we ook nog bij een fototentoonstelling uit, waarvan een deel ons wel aansprak. Het soort foto’s, dat ik eigenlijk ook altijd hoop te maken. Er was ook een pand bestaande uit allemaal patio’s waar goudsmeden aan het werk waren. We waren best onder de indruk van het gebodene, maar de gevraagde prijzen vonden we een beetje te gortig. Ons viel op hoe weinig moeite men deed om ons iets te verkopen, terwijl wij toch duidelijke interesse toonden. Niks korting, take it or leave it. Wonderbaarlijk als je dan ziet hoeveel voorraad ze hebben en nog steeds aan het produceren zijn. Uiteindelijk vonden we toch nog iets van onze gading in een andere boetiek. Daarvan moeten we nu nog maar zien hoe we die meekrijgen.
Van al dat gewandel en geslenter word je moe, dus wordt het dan tijd voor een terras en die waren er gelukkig ook genoeg. Uiteindelijk belanden we dan natuurlijk in een restaurant. Hoewel gelegen aan hetzelfde centrale plein werden we hier aangenaam verrast door veel vriendelijker prijzen. De garnalen, die we gegeten hebben waren voortreffelijk en de wijn mocht er ook zijn. Weet je wat zo leuk is? Die wijn wordt in twee bedragen op de rekening gezet. Het ene bedrag laat zien wat die fles kost als je hem meeneemt, het andere komt er bij als je hem ter plekke opdrinkt. Letterlijk staat er: voor het ontkurken!
De volgende dag hebben we een bezoek gebracht aan het eilandje Janitzio in het Patzcuaromeer. Nu hadden we dit eilandje in 1997 ook al eens bezocht, dus helemaal nieuw was het niet. Was het toen al toeristisch, nu is het werkelijk een tourist trap. Zelfs de vissers op het meer, die beroemd waren om hun speciale manier van vissen, zijn niet origineel meer. Een viertal ligt met hun bootje in het water te wachten totdat de lijnboot voorbij komt om dan hun kunstje te doen. De boot wacht zelfs even om de “vissers” in de gelegenheid te stellen om met de pet rond te gaan. Hoe zout wil je het hebben. In mijn eentje ben ik naar de top van de heuvel gelopen, want dat is wat het eiland eigenlijk is. Op de top staat een niet al te mooi beeld van een
vrijheidsstrijder, waar Mexico er best veel van heeft. De weg naar boven gaat via trappen, die aan weerskanten gelardeerd worden met souvenirstalletjes en restaurants. Het is niet druk en je vraagt je dan ook af hoe die mensen hier een boterham kunnen verdienen met zoveel concurrentie. Omdat ik mij van mijn vorige bezoek herinnerde, dat je hier vooral moest zijn met de Dia de los Muertos, ben ik op zoek gegaan naar de begraafplaats. Zelfs die viel voor Mexicaanse begrippen tegen; weinig kleurrijk in tegenstelling tot wat we overal zien.
De volgende plaats die we hebben aangedaan was Uruapan. Of beter gezegd: de omgeving van die plaats. Allereerst naar de Cascada de la Tzararacua ten zuiden van voornoemde plaats. Als we op de parkeerplaats aankomen, zien we meteen heel veel paarden. En als je ze niet ziet ruik je ze wel. In Mexico betekent dat, dat je een moeilijke wandeling te wachten staat waarbij de verleiding om je door een paard te laten rijden, groot is. Met goede moed begin ik aan de afdaling naar de rivier, maar met iedere meter die ik daal, neemt de overtuiging toe, dat als ik daar beneden nog een vrij paard tegenkom, ik wel overstag ga. Nog
voordat ik beneden ben, komt mij een ruiter tegemoet met een paard aan de leidsel. Ik maak hem duidelijk, dat ik hem de terugweg wel wil huren. We begrijpen elkaar en hij keert om, om mij te volgen. Ik hoef hier nauwelijks meer te betogen, dat ik iets met watervallen heb. Soms vallen ze best wel tegen, maar deze scoort een ruime voldoende. Hij was de inspanning waard. De terugweg, gezeten op de rug van het paard, was beslist geen makkie. Mijn sandalen bleken te breed voor de stijgbeugels, waardoor ik slechts met mijn tenen wat steun kon zoeken. Dat hou je echter niet lang vol, dus moest ik ze los laten hangen. Dat maakt het allemaal wat krampachtig, want je enige houvast is het zadel. Gelukkig was het bergop en werd ik geen “El hombre con cojones azul” zoals een vriend op Facebook opmerkte! Uiteindelijk voelde ik mij vermoeider van deze exercitie, dan wanneer ik was gaan lopen.
De volgende bezienswaardigheid is het overblijfsel van een kerk in de nabijheid van de Paricutin, de jongste vulkaan van Amerika. Maar voordat we daar zijn, laat ons Mannetje ons in de steek. Bij het aanremmen voor een van de vele topes merk ik, dat de stuurbekrachtiging het af laat weten. Even later gaat ook het lampje van de luchtdruk branden. Ik kan hem nog net aan de kant zetten, voordat hij helemaal vast slaat. Het is vlakbij een van de talrijke restaurantjes langs de kant van de weg. Gewapend met Google Translate stap ik er op af en leg mijn probleem uit. Dan blijkt weer hoe hulpvaardig men overal op de wereld is. Na wat heen en weer gepraat beduidt iemand mij om met hem mee te gaan in zijn bakkie. Zo te zien is hij helemaal niet van hier, want hij moet ook zoeken. Maar met succes. Even later gaan vier man sterk met ons mee terug. Samen is het een peulenschilletje om de cabine te kantelen en dan is meteen te zien wat het probleem is. Een van de V-snaren, die de compressor aandrijft is verdwenen en de andere hangt erbij. Is kennelijk gederailleerd. Geen probleem, ik heb die in mijn voorraad, zo is mijn overtuiging. Maar helaas, ik kan het nauwelijks geloven, maar die nu juist niet. Volgens de monteur maakt dat niks uit: hij legt de nog aanwezige snaar er weer op en dan rijden we in optocht naar
zijn garage. Eerlijk gezegd was ik er helemaal niet gerust op, dat ze de juiste maat zouden vinden. Alsof het een uitje was, gingen ze met z’n allen naar Uruapan om de juiste exemplaren te halen. Op dat moment hadden we geen idee, wie nu eigenlijk de baas was. Een paar uur zaten we gewoon helemaal alleen te wachten op hun terugkomst. Maar toen konden we opgelucht ademhalen: ze hadden ze. Inmiddels had ik besloten, dat ze dan ook maar meteen een onderhoudsbeurt moesten geven. Had ik dat maar meteen gezegd, want nu moest er ergens 17 liter olie gehaald worden. Daarvoor werd een taxichauffeur ingeschakeld. Terwijl wij van een afstandje toekeken komt er ineens zo’n hele zwaarbewapende groep politieagenten het terrein op. Ze kenden de eigenaar en hadden onze auto zien staan en waren toch wel nieuwsgierig. Er was één agent bij, die er niet zo Mexicaans uitzag. Sterker nog, hij had zelfs blauwe ogen. Zo kwam iemand op het idee, dat het wel een zoon van ons kon zijn. Grote lol, men wilde met ons op de foto en zo konden wij ook foto’s van hen maken, iets dat ik onderweg nooit zou durven, want die jongens (en meisjes) zien er heel vervaarlijk uit. Terwijl ik dit schrijf lees ik, dat in Frankrijk weer twee agenten zomaar zijn neergestoken. Als het zo doorgaat in Europa zal het niet lang meer duren, dan loopt onze politie er ook zo bij. Omdat de dag inmiddels om was, hebben we daar de nacht ook doorgebracht.
In 1943 was een boer hier in de buurt zijn land aan het bewerken, toen het begon te rommelen. Er ontstond een scheur in de aarde en het verhaal gaat, dat hij nog eerst geprobeerd heeft om het te dichten, maar al gauw tot de ontdekking kwam, dat het onbegonnen werk was. Hij deed toen het enige juiste: maken dat je wegkomt. Het was de geboorte van een nieuwe vulkaan, de Paricutin. Gelukkig voor de inwoners van het naburige dorp ging de geboorte heel geleidelijk en kreeg iedereen de tijd om veilig weg te komen. Het hele dorp is vervolgens volledig onder de lava verdwenen: alleen de kerk steekt er nog bovenuit. En dat is dan meteen een toeristische bezienswaardigheid, die je gezien wilt hebben. Maar ook hier stonden aan het begin van het pad weer veel paarden. Nou dan weet je het wel. Niettemin weer met frisse moed begonnen aan de wandeling, die heen vooral bergafwaarts ging. Het pad was breed en heel goed te lopen, dus fluitend ging ik naar beneden, me wel realiserend dat ik straks weer terug moest. Om de ruïne van nabij te bekijken, moet je ook nog over de lavabrokken klauteren. Lava is vruchtbaar, heb ik op school geleerd, maar op dit lavaveld valt niets te verbouwen, zo’n woestenij. In de Filipijnen hebben we ooit ook een kerk bezocht, die nog voor de helft boven de grond uitstak. Dat was nog indrukwekkender, want die kerk was verder nog helemaal intact. Dat kwam omdat daar een enorme aswolk met regen omlaag gekomen was, die de hele omgeving met een meters dikke aslaag bedekt heeft. Je liep via een raam zo naar binnen. Hier was echter alles wat van hout was verbrand en stonden alleen wat stukken muur en een toren overeind, die de druk van de schuivende lava hebben weerstaan. Op de terugweg werd ik gered door de bel: juist op een punt waar ik mijn eerste adempauze inlaste, kwam een pickup met twee mannen voorbij. Ongevraagd stopten ze en boden mij een lift aan, een aanbod dat ik niet kon weigeren!
Tja, en toen namen we dus de verkeerde beslissing. Wil was heel blij toen ik voorstelde om een paar steden over te slaan en af te zakken naar Huasteca, een mooi natuurgebied met prachtige watervalletjes. Maar na een paar dagen mooi weer, sloeg het ineens om: van 30 graden naar 12 gr. In plaats van lekker buiten zitten, moesten we ons heil binnen zoeken. En als je dan toch binnen moet zitten kun je net zo goed gaan rijden en dus zitten we nu aan zee naar een grauwe lucht te kijken, waaruit het ook nog regelmatig miezert. Volgens de verwachtingen wordt het de komende dagen beter. Daar houden we ons dan maar aan vast!
Zoals altijd vind je meer foto’s onder he kopje foto’s.
Weer genoten van je prachtige verhaal !! Dankjewel
Jammer van de kou en regen maar blijf genieten van de dagen die jullie nog in Mexico hebben.
Hi Gerard en Wil,
Prachtig verhaal en foto’s weer, gaan we nog missen na al die jaren!
Geniet er nog van samen!
Groetjes,
Henk en Saskia
Altijd weer een genot om jullie verhalen te lezen en op deze wijze jullie avonturen mee te maken. Geniet er nog even van en hopelijk komt het zonnetje snel weer tevoorschijn!
Bedankt weer voor je reisverslag
En ja het weer is altijd onvoorspelbaar of zou dit versterkt worden door de klimaatverandering
Groene groet
Prachtige verhalen . heb er zeer van genoten alsof ik er bij was . Hartelijk daarvoor en voor de toekomst ook nog mooie dingen om te te beleven .
Groetjes uit Bocholt
Ineke Flaswinkel- Mekking