You are here: Home > Namibië > Afscheid van Namibië

Afscheid van Namibië

 

Afscheid van Namibië maar niet voor lang, want volgend jaar april zijn we in ieder geval weer terug. In de afgelopen zes weken hebben we vrijwel alle hoogtepunten ten westen van Windhoek gezien. Van de noordwest kant hadden we al verslag gedaan, hier volgt een verslag uit het zuidwesten.

Welwitschia: 1.500 jaar oud!

Welwitschia: 1.500 jaar oud!

Naast een stadwandeling door Swakopmund, culminerend in een bezoek aan het Oktoberfest bij Das Brauhaus, hebben we ook de Welwitschia Plains Drive gedaan. Deze toer is genoemd naar de gelijknamige plant. Je moet je een uiterst droge, woestijnachtige omgeving voorstellen, waar zelfs geen enkel sprietje gras overleeft. Daar zie je ineens wat hoopjes, stoffige grijsgroene rommel liggen. Althans, dat denk je wellicht op het eerste gezicht, maar het blijken planten te zijn. En wat voor planten! De leeftijd van de oudste wordt geschat op 1.500 jaar! Ja, je leest het goed, vijftienhonderd jaar! Van sommige bomen is bekend, dat ze ook heel oud kunnen worden, maar zo oud? Je kunt je het eigenlijk niet voorstellen, juist in zo’n omgeving, waar mens, dier en plant ontzettend veel moeite hebben om te overleven, groeien deze oudste organismen ter wereld. Let op: dit is geen wetenschappelijk verantwoorde uitspraak, maar heel ver kan die bewering er niet naast zitten. Eigenlijk hadden we tijdens diezelfde rit ook nog Lichens moeten zien, een plantje dat op rotsen groeit en voldoende heeft aan het vocht uit de zeenevel. Maar die waren verdwenen. Als redenen werden gegeven, dat ze vertrapt waren door de toeristen of als souvenir meegenomen. Ik kan echter nog wel een andere reden bedenken. Toen ik hier 20 jaar geleden ook was, stond in reisgidsen, dat het zo grappig was om een paar druppels water op zo’n plantje te sprenkelen, dan zag je hem meteen opbloeien. Heb ik ook gedaan. Nu realiseer ik me, dat als iedere toerist dat sindsdien gedaan heeft, ze domweg zijn verdronken!

Omdat de omstandigheden langs de kust nogal pekelig waren en dat dat, zoals we allemaal weten, niet zo goed is voor al het blikwerk aan de auto, hebben we in Swakopmund ons Mannetje eens lekker laten wassen. Het zout ging er voor een belangrijk deel af, maar dat niet alleen. Had ik eindelijk, zoals ik al eens gemeld had, de route met een watervaste(!) viltstift op de wereldkaart ingetekend, wordt die er met de hogedrukspuit net zo hard weer afgespoten. Die moeite had ik me dus ook kunnen besparen. De auto ziet er trouwens toch een beetje shabby uit, want op weg naar het Etosha NP kwamen we over een stuk weg, waar het asfalt zo dun was geworden, dat het

Flamingo's bij Walvisbaai

Flamingo’s bij Walvisbaai

als water opspatte. Gratis tectylbeurt, zullen we maar zeggen, maar op de witte bak en de blauwe cabine ziet dat er toch wat minder vrolijk uit. Gedeeltelijk heb ik de teerspetters met een lap gedrenkt in benzine al verwijderd, maar echt schoon is wat anders. Eigenlijk hadden we die hele wasbeurt wel kunnen vergeten, want op weg naar de flamingo’s van Walvisbaai, komt zo’n vrachtauto geladen met zout ons tegemoet. Nou, je raadt het al, kregen we daarvan weer het nodige over ons heen. Het leek wel cement. Moeten we binnenkort nog maar eens op herhaling met die wasbeurt. Ten zuiden van Walvisbaai, de belangrijkste haven van Namibië en zo’n veertig kilometer ten zuiden van Swakopmund gelegen, wordt op grote schaal zout gewonnen uit zeewater. Dat is een eldorado voor flamingo’s waar er dan ook vele honderden van rondstappen en die moesten wij natuurlijk ook zien. Het zal wel verbeelding zijn, maar het leken er de vorige keer veel meer. Ik kan me ook herinneren, dat ik toen telkens uit een nog rijdende auto ben gesprongen en met veel misbaar heb getracht, die beesten tot vliegen te bewegen; mooi voor de foto maar meestal tevergeefs.

Van Walvisbaai zijn we weer het binnenland ingetrokken, naar het Namib-Naukluft NP, nog groter dan het Etosha. Ging het in laatstgenoemde om de dieren, in het Namib-Naukluft gaat het vooral om het natuurschoon. Via een prachtige route, die onder meer over de Kuiseb pas voert, kwamen we in onze  eerste pleisterplaats aan: Solitaire. De naam alleen al spreekt boekdelen. Dat zijn van die vlekken op de landkaart, die je alleen maar in dit soort desolate omgevingen aantreft. Op een kruispunt van wegen staat daar dan ineens een benzinepomp, een werkplaats, een winkel en een herberg. Verder helemaal niets.

Commentaar overbodig

Commentaar overbodig

Maar omdat het de enige plek in de wijde omgeving is met wat basale voorzieningen, is het een komen en gaan van mensen. Zo’n pleisterplaats ademt toch een bepaalde sfeer uit. We liepen er een groep Nederlanders tegen het lijf, die hier met Djoser waren, onderweg van de Victoria Falls naar Kaapstad.  Grappig was het tafereeltje wat zich voor onze ogen afspeelde, toen we op het terras van de herberg (het was een moderne herberg) van ons welverdiende biertje zaten te genieten. We hadden uitzicht op alles wat zich rondom het benzinestation en de winkel afspeelde. Zo zagen we een opvallende zwarte auto aan komen rijden, waarin ik een Porsche Cayenne meende te herkennen. Maar het bekende embleem ontbrak. Meteen zag ik ook, dat er met plastic gedeeltes van de auto waren afgeplakt. Nog opvallender werd het, toen een auto, die daarvoor net getankt had, zich dwars voor de nieuw aangekomene opstelde en twee kerels er achter gingen staan, waardoor  het onmogelijk werd om ongehinderd een foto te maken, als je dat zou willen. Nadat de auto was afgetankt, verdween hij achter het gebouw. Toch wel nieuwsgierig geworden, ben ik even later ook die kant opgelopen. Op een stuk grond, waar je als niet-medewerker niet geacht werd te komen, stond de auto, helemaal afgedekt met een grote hoes. Duidelijker kon het niet zijn. Zou ik echt uit geweest zijn op een primeur, dan had ik alleen maar op de uitkijk hoeven te gaan staan.

Hadden we de vorige keer al melding gemaakt van een bout maat M20 die losgetrild was, dit keer was een beugel, waarmee de 400 liter dieseltank op zijn plaats gehouden wordt, aan de beurt. Je houdt het echt niet voor mogelijk. Zijn we inmiddels al heel Afrika doorgereden, trilt zo’n moer nu nog los. Onderweg eerst provisorisch gemaakt met wat ijzerdraad, later in Helmeringhausen (komen we nog op terug) een nieuwe bout plus moer aangebracht.

Een absoluut hoogtepunt van het Namib-Naukluft NP wordt gevormd door de Sossus Vlei. Als je ooit foto’s hebt gezien, van fraai gevormde, roodgekleurde zandduinen, dan is de kans groot, dat die foto’s hier zijn gemaakt. Nog

Sossus Vlei

Sossus Vlei

nooit eerder gezien? Dan is dat probleem nu opgelost, want wij hebben uiteraard ook weer menig plaatje geschoten. Wat maakt de Sossus Vlei zo bijzonder? Waarschijnlijk omdat je door een soort dal rijdt, dat aan weerskanten omzoomd wordt door de mooiste en hoogste zandduinen in de wereld. En dat 60 kilometer lang. Vooral vroeg in de ochtend of laat in de middag, worden door de schaduwen de beelden nog dramatischer. Dan worden de kammen van de zandbergen, die door de wind altijd weer opnieuw “scherp” gemaakt worden, extra geaccentueerd. De weg zelf is heel goed te berijden, sterker nog, ze is tegenwoordig zelfs geasfalteerd. Om bij de eigenlijke Sossus Vlei te komen, heb je voor de laatste 4 a 5 kilometer een 4WD nodig. Of je kunt je laten rijden. Wij hebben dat natuurlijk met ons eigen Mannetje gedaan. Nog maar nauwelijks een paar honderd meter op weg, kwam ik er al achter, dat het toch wel wijs was geweest, om eerst wat lucht uit de banden te laten. Je stelt het uit omdat het nogal wat tijd kost, eerst om ze van spanning te ontdoen, later om ze weer op spanning te brengen. Maar het scheelt de spreekwoordelijke slok op de borrel bij het overwinnen van de zandbak. Met 2 bar in plaats van 5, ging ons Mannetje er fluitend doorheen en krijg je er zelf ook lol in. Zo bereikten we het eindpunt bij het Big Daddy Dune, bij uitstek het duin waarvan iedereen vindt, dat hij naar boven moet klauteren. Wij zijn natuurlijk niet iedereen, dus dat laten we aan ons voorbijgaan. Of zou het toch zijn omdat we er als een berg (dit keer dus zelfs letterlijk) tegenop zien? Drie passen omhoog, twee passen terug? En dat met temperaturen van plus 30? Tja, zo komen we ook nooit van die overtollige kilo’s af!

Op de terugweg zien we een auto, die zichzelf zo te zien behoorlijk ingegraven heeft. Er is niemand bij, kennelijk zijn ze weggegaan om hulp te halen. Als we bij de parkeerplaats komen, aan het eind van het asfalt, komt ook meteen al een man op ons af en vraagt of wij een sleeptouw hebben. Ik antwoord wat ontwijkend, dat ik dat eigenlijk niet heb. Eerlijk gezegd dacht ik op dat moment al aan al de moeite, die ik zou moeten doen om het touw, dat ik wel heb, tevoorschijn te halen. Bovendien is het polsdik, dus ook niet eenvoudig aan een personenauto te bevestigen. Dus rijden we al verder. Maar ik krijg al meteen wroeging en als Wil ook nog eens zegt, dat ze vindt, dat we ze niet kunnen laten staan, keer ik weer op mijn schreden terug en biedt aan te helpen. Samen met Walter, zo bleek hij te heten, rijden we terug. Het bevestigen van het touw bleek inderdaad niet eenvoudig. Ach, ik heb toch ook een lier! Dit is dan eindelijk het moment om hem te gebruiken. Ook daarvan de bediening tevoorschijn gehaald, maar helaas, die laat het afweten. Je moet een soort beveiliging uittrekken en in een bepaalde stand zetten. Dat lukt mooi niet en zo leren we vandaag weer wat. Gelukkig maar, dat we er zelf niet ooit van afhankelijk zijn geweest. Een sjorband, waarmee we het sleeptouw aan de Toyota bevestigen, breekt al bij de eerste poging. Uiteindelijk lukt het toch om het touw vast te haken en zo kan ik hem “op het droge” trekken. Walter is zo blij, dat hij ons spontaan een diner aanbiedt. Mooi aangeboden, maar wat ons betreft is een koud biertje, bij terugkomst op de camping, voldoende. Later op de avond, terwijl Borussia Dortmund Arsenal in eigen huis met 2-1 verslaat, hebben we een gezellig gesprek met Dorothea en Walter uit Neuss. Bij het ene biertje is het niet gebleven….

Vanaf Sossus Vlei zijn we naar Helmeringhausen gereden, weer zo’n vlek in the middle of nowhere. Onderweg hebben we nog het kasteel Duwisib bezocht, in 1909 gebouwd door een Duitse baron, die tevens kapitein in het

Duwisib kasteel

Duwisib kasteel

leger was. Na een succesvolle oorlog uitgevochten te hebben met de lokale stam, mocht hij van de keizer hier bouwen. Een belangrijk deel van de bouwmaterialen en de aankleding moest uit Duitsland komen. Je moet toch beslist een tik hebben om op zo’n plek, midden in de woestijn, een Europees kasteeltje te bouwen. Lang plezier heeft hij er ook niet van gehad, want toen WOI uitbrak, haastte hij zich naar Europa om vervolgens bij de slag aan de Somme te sneuvelen.

Helmeringhausen had waarschijnlijk dit verslag niet gehaald, als niet in dit gat ons Mannetje kuren begon te vertonen. Toen we ’s morgens wilden vertrekken en ik het vertrouwde startritueel wilde uitvoeren, merkte ik meteen, dat er iets niet klopte. Normaal begint, zodra ik de sleutel in het contactslot omdraai, een alarm irritant te zoemen om te laten weten, dat de druk in het luchtsysteem nog niet voldoende is. Bij een vrachtauto betekent dit tevens, dat de handrem automatisch ingeschakeld blijft. Of wordt ingeschakeld als je hem niet op de handrem had staan. Dat die zoemer nu achterwege bleef, was juist alarmerend. Nog gekker werd het, toen bleek dat er geen druk werd opgebouwd. Bij de receptie van het hotel gevraagd of er ook een monteur in deze negorij aanwezig was. Warempel, bij de benzinepomp was ook een werkplaats met een monteur. Helaas, de man was weg en men kom mij niet zeggen, wanneer hij weer terug zou komen. Ook van de eigenaar van het hotel viel weinig medewerking te verwachten, zo werd al snel duidelijk. Verder dan een opmerking “ik ben ook geen monteur” ging zijn bijdrage niet. Toen heb ik per sms en email mijn Nederlandse bronnen maar aangeboord en ja hoor, tegen twaalven, net toen de eigenares ons heel gastvrij kwam melden, dat we eigenlijk bij moesten betalen, het was immer al lang 10 uur geweest, kwam het verlossende mailtje van Henk (MAN Varsseveld): probeer het eens met meer toeren. Dat werkte en hoewel het probleem daarmee natuurlijk nog niet echt opgelost was, konden we in ieder geval onze weg naar Lüderitz vervolgen, de eerstvolgende grotere plaats op onze route. Helmeringhausen? Zo gauw mogelijk doorheen rijden!

Wat is de overtreffende trap van Swakopmund? Lüderitz, tenminste als het gaat om het hoge Duitse gehalte. De Lonely Planet spreekt zelfs van een Dörfchen. Ik vroeg me wel eens af hoe het toch kon, dat Namibië zo Duits kon zijn, terwijl het maar zo kort een kolonie is geweest. Daar ben ik inmiddels achter. Toen Duitsland de oorlog in 1918 verloor, werd hun de kolonie afgenomen, maar alle Duitsers mochten blijven en mochten tevens hun bezittingen houden. Zo kon dit land mede door die Duitsers gedijen. De eerste keer, dat ik in Namibië was, heb ik Lüderitz overgeslagen. Om de een of ander reden had ik later altijd het gevoel, dat ik toen iets gemist had. Nu moest het maar gebeuren, hoewel er maar één, vrijwel rechte weg van 125 km naar toe leidt. We hebben er geen spijt van gehad, want we vonden het alleszins de moeite waard. Allereerst het plaatsje zelf natuurlijk, maar vooral de weg er naar toe en de omgeving.

Uiteraard hebben we eerst een garage opgezocht, maar de baas kon net als wij, niets ontdekken; geen duidelijke lekken dus. Gewoon doorrijden was het advies. Die baas was bijvoorbeeld ook zo Duits. In het Engels aangesproken, maar zichtbaar opgelucht toen ik zei, dat we ook in het Duits konden praten. Het weekend ging hij doorbrengen op de farm. Dan praat je over een boerderij van 20.000(!) hectare. Was in 1936 al door zijn vader gekocht en nu bezat hij het, samen met zijn broer.

In tegenstelling tot wat we in de afgelopen weken aan kust gezien hebben, is de kust rondom Lüderitz rotsachtig. Er is een schiereiland, waar een mooie route te rijden is. Je komt daarbij langs meerdere fraaie uitzichtpunten. De indrukwekkendste vonden wij Diaz point. Via een houten brug, nodig om ook bij vloed met droge voeten het uitzichtpunt te kunnen bereiken, heb je uitzicht op een eilandje met een witte hoed. Die witte hoed ontstaat omdat talloze vogels daar hun uitwerpselen deponeren. Het is er nu druk met zeehonden. Ooit is op dit punt ene Portugese meneer Diaz aan land gegaan en heeft een kruis geplant. Zo’n zelfde als hij ook bij Cape Cross heeft achtergelaten.

 

Een mooie show

Een mooie show

Het hoogtepunt van onze rondreis over het schiereiland werd echter de lunch. We hadden de auto in een mooie baai het strand op gereden en omdat de wind ook meewerkte, konden we heerlijk buiten in de zon ons boterhammetje verorberen. Terwijl we daar zo zitten, zie ik iets in het water bewegen, niet eens ver van het strand. Eerst denk ik aan zeehonden, maar al gauw zie ik, dat het wel eens dolfijnen konden zijn. Lang hebben ze ons niet in het ongewisse gelaten, want even later voeren ze een show op waar ze bij het Dolfinarium jaloers op zouden worden. Ongelooflijk, zo hoog als die beesten uit het water komen en kennelijk gewoon voor de lol. Complete voor- en achterwaartse salto’s werden ons deel. Het is verdomd moeilijk om ze op het juiste moment in de zoeker van de camera te krijgen, maar een paar keer is het behoorlijk gelukt.

Lüderitz dankt zijn bestaan vooral aan de ontdekking van diamanten in het begin van de vorige eeuw. Al vrij snel werd de hele kuststrook van Lüderitz tot aan de Oranje rivier (= grens met Zuid Afrika) tot Sperrgebiet verklaard. In dat gebied mag je je, ook nu nog, absoluut niet ophouden. Hoewel het zwaartepunt van de mijnbouw verplaatst is naar het zuiden, gaat men er van uit, dat je ook nu nog wel een diamant in dat gebied zou kunnen vinden, dus daarom blijft het verboden gebied. Door die verschuiving van het belangrijkste vindgebied is het dorpje Kolmanskop, net buiten Lüderitz, waar vroeger de Duitse medewerkers woonden, in 1956 volledig verlaten en overgelaten aan het oprukkende zand. Later heeft men echter besloten om er een soort openluchtmuseum van te maken en te laten zien, hoe men toen leefde. Een aantal gebouwen, waaronder het centrale feestgebouw annex gymnastiekzaal annex toneelzaal, tegenwoordig zouden we zeggen het multifunctionele cultuurgebouw, was nog helemaal intact. De rondleiding, die we daar hebben gehad leverde veel herkenningspunten op en was zeer de moeite waard. De kegelbaan lag er nog net zo bij als in 1956, toen men de deur definitief achter zich heeft dichtgetrokken.

Na Lüderitz wachtte ons nog één hoogtepunt: de Fish River Canyon. Met zijn 160 kilometer lengte en 550 meter diepte, behoort deze canyon tot een van de grootste in de wereld. Alweer: hij haalt het niet bij de Grand Canyon,

Fishriver Canyon

Fishriver Canyon

die is van de buiten categorie, maar het is zeker een hele indrukwekkende. Op de camping bij de canyon hebben we voor het eerst last gehad van bavianen. Wil heeft zich al een paar maal beklaagd, dat we zo weinig apen gezien hebben, maar bavianen kun je maar beter helemaal niet zien. Ze zijn hondsbrutaal en gappen alles wat ze te pakken kunnen krijgen. Door Monique zijn we er al voor gewaarschuwd en hebben uit voorzorg in Windhoek een professionele katapult gekocht. Die hebben we dit keer nog niet nodig gehad, maar wel ligt hij nu klaar voor gebruik.

O ja, de oplossing voor smoelneuker, aangedragen door Boudewijn (deur met dranger) rekenen we goed. Ik had de smoelneuker uit een agrarisch blaadje gehaald en daar doelde men op een hek bij een boerderij, dat of door een veer of door de zwaartekracht weer dichtklapt. Het schijnt vooral kleine kinderen nogal eens een paar tanden te kosten!

De volgende die we nog voor jullie verzameld hebben: aftrekplaats. Ja, ja, we horen al die dirty minds alweer overuren maken, maar wij houden het netjes! Uiteraard!

Als dit verslag de lucht ingaat zijn we in Zuid Afrika aangekomen. Via de bekende wijngebieden gaan we naar Kaapstad. Maar daarover de volgende keer meer.

 

 

9 Responses to “Afscheid van Namibië”

  1. Annie Huijskes schreef:

    Hallo willen Gerard
    Dit is mijn 2e reactie want de eerste mislukte.Ik denk dat ik nu een vd eerste be.Het is weer een mooi verhaal en wat zien jullie toch wat vd wereld.Nu in dat mooie afrika.Geniet er maar van want het is de moeite waard. Hier alles oké
    Liefs annie

  2. Dick schreef:

    Alsof jullie een toertochtje maken door de Eiffel met al die Duitse Platznahmen!
    Ga volgende week in jullie nieuwe enduranceauto proefrijden! (Toyota GT86)
    Weer genoten van jullie avontuur!
    Groet Dick,Jacq en Fleur

  3. Han Hagen schreef:

    Beste Gerard en Wil,

    Mooi verslag weer. In het begin dacht ik nog dat het een barre tocht zou worden, maar zo te lezen gaat het van het ene bierfestijn naar het volgende.

    Vr. gr.

    Han

  4. joost schreef:

    Gerard & Wil,
    Wat een prachtige foto’s!
    Aftrekplek is natuurlijk een makkie: informatiebord langs de weg, ga ik voor.
    Ben benieuwd of je in Kaapstad nog een hoëre school tegenkomt.

    Groet Joost

  5. Rob schreef:

    Hi Wil en Gerard,
    Het is weer een prachtig verhaal geworden en ook je tante geniet er iedere keer weer van. Een aftrekplek is misschien een parkeerplaats.
    Groetjes Gineke en Rob

  6. Rinus Sinke schreef:

    Beste Gerard en Wil,

    Ik lees met plezier jullie reisverslag. Het is iedere keer weer bijzonder en in een ander land. Heb je al weer voldoende luchtdruk.?
    Vandaag 02/11 weer ingescrhreven voor de Tulpenrallye 2014. Ik ga nog een keer voor de derde overwinning?!
    Groeten
    Rinus

  7. Walter schreef:

    Dear Wil and Gerard,
    I read your report about the Nambian part of your tour with great interest (as good as my not existing knowledge of Dutch allowed). Now it was big fun reading of our misadventure at Sossusvlei. However, when we stuck in the sand it really wasn’t funny and we were very glad that you helped us out. The more sorry we are that you had some trouble yourself, shortly later.
    For the rest of your tour we whish you all the best and a healthy return to “good old Europe”.

    Walter and Dorothea

  8. Tim Hovenier schreef:

    Hoi Hoi

    weer heerlijk genoten van jullie verslag , deze x niet in een weekend gelezen , maar in een lange pauze op mijn thuiswerkplek, want met al die RABO perikelen
    Gerard ik dacht dat je altijd zo behulpzaam bent, dat je deze x Walter toch in 1e instantie voorbij reed maar gelukkig was Wil er nog 🙂
    Leuk dat Walter en zijn vrouw jullie verslag ook gelezen hebben , zie verslag hierboven
    Ik wens jullie alvast veel WIJN plezier in Kaapstad
    lieve warme groet Tim

Laat een reactie achter